De financiële markten leken in het derde kwartaal van 2025 tot rust te zijn gekomen. Beleggers waren overwegend positief. De zorgen over de Amerikaanse handelstarieven hielden aan, maar dat had geen directe impact op de Europese economie. De aandelenkoersen van bedrijven bereikten recordhoogtes. Vooral de IT-sector zat in de lift. Dit beeld werd ondersteund door de lichte stijging van de inkoopmanagersindex in de VS en Nederland. Een mogelijke verklaring voor deze stijging is dat bedrijven hun inkopen naar voren haalden om de handelstarieven zo veel mogelijk voor te zijn.
De inflatie in de eurozone steeg dit kwartaal met 0,2%. Als reactie hierop verlaagde de ECB in september de rente niet. De centrale bank van de VS, de Federal Reserve (Fed) verlaagde de beleidsrente voor het eerst in 2025 wel, namelijk met 25 basispunten. Dat deed de Fed vooral omdat de arbeidsmarktcijfers in de VS achterbleven. Beleggers verwachten dat de ECB zijn rente voorlopig stabiel houdt.
Er was dit kwartaal sprake van veel politieke onrust, ook op het Europese continent. Frankrijk moest wederom afscheid nemen van een premier toen Bayrou een vertrouwensstemming verloor. Dit zorgde voor veel onzekerheden bij het vaststellen van de Franse begroting. Het veroorzaakte ook onrust onder de Franse bevolking en beleggers. Fitch verlaagde de kredietwaardigheid van Frankrijk naar A+. De geopolitieke spanningen in Oost-Europa en het Midden-Oosten bleven verder oplopen. De impact hiervan op de financiële markten was echter beperkt.
Aandelen
Onze fondsen beleggen om duurzaamheidsredenen minder dan gemiddeld in de VS en meer dan gemiddeld in Europa. De rendementen van beleggingen in Europese landen als Duitsland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk waren in het derde kwartaal echter zwak. Beleggingen in de VS en Canada behaalden juist een bovengemiddeld hoog rendement. Daardoor waren onze aandelenrendementen lager dan het marktgemiddelde. Ook hadden onze wereldwijde aandelenbeleggingen er last van dat de valutakoersen bleven schommelen in het derde kwartaal.
Megacaps in de technologiesector – zoals de Magnificent Seven en andere AI-bedrijven – waren de grootste winnaars van het derde kwartaal. Wij kunnen in veel van deze bedrijven niet beleggen omdat ze niet voldoen aan onze duurzame selectiecriteria. De koersen van kleinere technologiebedrijven die zich bezighouden met kunstmatige intelligentie en aanverwante sectoren, stegen ook sterk. Hierdoor konden wij gedeeltelijk meeprofiteren van de ontwikkelingen. Cyclische sectoren, vooral luxegoederen (consumer discretionary) en materialen deden het ook goed, terwijl defensieve sectoren als de gezondheidszorg mindere rendementen behaalden.
Obligaties
Obligatiekoersen waren stabiel in het derde kwartaal. Ze werden vooral beïnvloed door de politieke onrust in Frankrijk. De verlaging van de kredietwaardigheid van Frankrijk door ratingsbureau Fitch had direct effect op de Franse rentes. Het verschil in rente dat Frankrijk moet betalen voor zijn staatsobligaties ten opzichte van Duitsland (de spread) steeg met ongeveer 0,20%. Dit verschil tussen Italië en Duitsland daalde juist met 0,05%. Dit laat zien dat het probleem zich met name op Frankrijk focust.
De Fed verlaagde zijn beleidsrente, maar de impact daarvan op de Amerikaanse obligatiemarkt bleef beperkt. De rente op Amerikaanse 10-jaars staatsobligaties daalde van 4,23% naar 4,15%.
De rente op langlopende leningen bleef stijgen. Dit werd voornamelijk veroorzaakt door factoren als uitgifteverwachtingen, zorgen om begrotingstekorten in de toekomst en inflatie, en zorgen over de impact van de pensioentransitie in Nederland. De hogere rente drukte het rendement van onze obligatiebeleggingen. Positief was dat de renteverschillen van de meeste Europese landen met Duitsland, de spreads, daalden. Samen met de verdeling van onze obligatieportefeuille over de verschillende landen droeg dit positief bij aan het fondsrendement. Positief was vooral dat we minder dan gemiddeld belegden in langlopende Franse obligaties en in Duitse obligaties. Groene obligaties droegen licht positief bij aan het fondsrendement.
Microkredieten
Het fonds belegt geld in microfinancieringsinstellingen (MFI’s) in opkomende landen. Ondanks de toegenomen volatiliteit op de financiële markten en de aanhoudende onduidelijkheid over de handelstarieven in de VS, is de verwachting dat de wereldeconomie veerkrachtig blijft. Toch zorgde onzekerheden en achterblijvende economieën ervoor dat kleine bedrijven problemen hadden bij het terugbetalen van microkredieten, en dat de vraag van kleine bedrijven naar leningen afnam. Deze onzekere tijden verscherpen het belang van financiële inclusie. Toegang tot spaarproducten, verzekeringsproducten en microkredieten stelt huishoudens in opkomende markten in staat om meer grip te krijgen op hun financiële stabiliteit en veerkracht.
Duurzame beleggingsdoelstelling – Artikel 9