ASN Biodiversiteitsfonds

De kosten die we maken voor het fonds bestaan uit twee onderdelen: de kosten die de beheerder, ASN Impact Investors, in rekening brengt voor zijn diensten en de kosten die de onderliggende investeringen opleveren.

ASN Impact Investors berekent 1,5% voor zijn beheersdiensten. Deze kosten blijven ongewijzigd.

Onderliggende investeringen hebben meer kosten veroorzaakt dan verwacht. Dat heeft twee oorzaken. De fondsmanager heeft in het eerste jaar van het ASN Biodiversiteitsfonds sneller en meer investeringen kunnen vinden voor het geld dat de klanten in het fonds hebben belegd, meer dan vooraf ingeschat. Daarnaast kwamen de kosten van deze investeringen als percentage van het totaal belegd ongunstiger uit. We beleggen deels in innovatieve fondsen die bijdragen aan de biodiversiteit. Vaak zijn ze recent opgezet, wat zorgt voor relatief hoge opstartkosten. Bij dit type investeringen gaan de kosten dus ‘voor de baat’ uit. Naarmate deze fondsen meer projecten zullen aankopen, pakken de kosten als percentage van het fondsvermogen lager uit. Het ASN Biodiversiteitsfonds heeft het eerste jaar van zijn bestaan met een positief rendement afgesloten. De kosten van het beheer en de kosten van de onderliggende investeringen zijn al in dit rendement verwerkt.

Het rendement van het ASN Biodiversiteitsfonds over het vierde kwartaal van 2023 bedroeg -0,45% na aftrek van kosten. Hiermee sloot het fonds het jaar negatief af. Dit rendement past bij een fonds dat zich in de opstartfase bevindt.

Per eind december investeerde het fonds in ruim honderd projecten die de biodiversiteit versterken, in drieënveertig landen op zes continenten. Deze beleggingen droegen samen positief bij aan het fondsresultaat, onder andere door rente-inkomsten en een positieve herwaardering van deze projecten. De grootste beleggingen eind 2023 waren Aqua-Spark en het Forest Climate Solutions Fund. Dit laatste investeert in natuurlijke bossen in de Verenigde Staten.

Bij investeringen in biodiversiteit is er vaak tijd nodig om het geld uit te zetten. In zo’n geval leggen we ons vast om een bepaald bedrag te investeren en betalen vervolgens gefaseerd uit. Dit vastgelegde geld beslaat nu nog een relatief groot deel van het vermogen. Het is belegd in direct opvraagbaar geld en groene obligaties. Beide categorieën droegen afgelopen kwartaal positief bij aan het rendement van het fonds.

Daar staat tegenover dat het fonds er last van had dat de Amerikaanse dollarkoers daalde ten opzichte van de euro. Een kwart van het fondsvermogen is belegd in markten waar in dollars wordt gehandeld. Bovendien droegen de vijf beursgenoteerde bedrijven, circa 2% van het fondsvermogen, samen negatief bij aan het fondsresultaat. De fondsbelegging helpt deze bedrijven hun duurzame productie op te schalen. Deze bedrijven zijn nog in de opstartfase en relatief klein. Door bedrijfsspecifieke gebeurtenissen daalden de koersen van de bedrijven het afgelopen kwartaal.

Voor de lange termijn hebben wij vertrouwen in de positieve waardeontwikkeling van de beleggingen. Het fonds blijft daarom op zoek naar pioniers. Fondsbeleggers die zich, net als ons, verantwoordelijk voelen voor behoud en herstel van de biodiversiteit en tegelijkertijd de economische kansen willen benutten van bedrijven en projecten die met nieuwe businessmodellen in balans met de natuur produceren.

Het afgelopen kwartaal breidden wij de fondsinvestering in het Amazon Biodiversity Fund uit. Daarnaast waren er nieuwe uitboekingen van eerder toegewezen (gecommitteerd) vermogen naar twee fondsinvesteringen: het SLM Silva Europe Fund en het Africa Conservation & Communities Tourism Fund.

Afgelopen jaar startten wij een wereldwijde zoektocht naar beursgenoteerde bedrijven die de biodiversiteit niet schaden. De meeste beursgenoteerde bedrijven streven ernaar hun schade aan milieu en biodiversiteit te verminderen. Dat is heel belangrijk, maar wij vinden het niet goed genoeg. Uit de hele wereld kregen we meer dan honderdduizend reacties op onze zoektocht. Daardoor konden wij afgelopen kwartaal twee nieuwe beursgenoteerde bedrijven toevoegen die in balans met de natuur opereren: Desert Control en Bee Vectoring Technologies.

Door het verlies aan biodiversiteit en de klimaatverandering zijn de financiële risico’s voor bedrijven en de financiële sector toegenomen, evenals de systeemrisico’s voor ons allemaal. De monetaire waardering van ecosysteemdiensten kan daarom niet langer worden genegeerd. Het concept monetaire waardering van ecosysteemdiensten krijgt gelukkig steeds meer waardering en aandacht van beleidsmakers. Daaronder zijn het Kunming Montreal Global Biodiversity Framework en de Europese Commissie. Dit leidt er ook toe dat de financiële sector meer aandacht voor dit concept krijgt.

ASN Bank heeft recent in samenwerking met ASN Impact Investors het rapport Make Nature Count 2.0 gepubliceerd. Dit onderzoek laat de economische waarde zien van het herstel van natuurlijk kapitaal bij twee investeringen van het ASN Biodiversiteitsfonds. Door het concept van monetaire waardering van ecosysteemdiensten toe te passen, willen we een beter inzicht krijgen in de impact van onze investeringen op de natuur. Deze inzichten gebruiken wij vervolgens om beter geïnformeerde, duurzame financiële besluiten te nemen. Voor de ontwikkeling van een werkelijk duurzaam economisch systeem moeten alle ecosysteemdiensten en de daarmee samenhangende waarden en prijzen structureel worden geïntegreerd in het besluitvormingsproces. Met dit rapport hoopt ASN Bank anderen te inspireren om de waarde van ecosysteemdiensten mee te nemen in investeringsbeslissingen.

Het is positief dat biodiversiteit steeds vaker op de agenda staat, ook bij investeerders. In de praktijk blijkt echter dat veel partijen wel willen investeren in biodiversiteit, maar wachten tot er een goede methode is om de biodiversiteitsimpact van investeringen te meten. ASN Impact Investors draait het graag om: door te investeren versnellen we de ontwikkeling van impactmeting. Met de publicatie van Make Nature Count 2.0 en ons Impact Report hopen wij andere investeerders te inspireren.

Desert Control en Bee Vectoring Technologies zijn twee nieuwe bedrijven in de fondsportefeuille. Zij sluiten goed aan bij de strategie van het fonds. Het Noorse Desert Control is erin gespecialiseerd verwoestijnde gebieden weer vruchtbaar te maken. Het bedrijf maakt hiervoor gebruikt van liquid natural clay (LNC). Dit is vloeibare natuurlijke klei die woestijnzand kan omzetten in vruchtbare grond. Zo kan de bodem water en voedingsstoffen beter vasthouden. Dat maakt de bodem gezonder. Gewassen kunnen beter kunnen groeien, terwijl het verbruik van water en kunstmest significant afneemt.

Bee Vectoring Technologies (BVT) zet zich al meer dan twintig jaar in voor de bescherming en ontwikkeling van duurzame, natuurlijke landbouw. Het Canadese bedrijf is pionier op het gebied van natuurlijke landbouwsystemen: het vervangt chemische pesticiden door natuurlijke gewasbescherming met behulp van bijen. Via natuurlijke bestuiving geven deze heel kleine hoeveelheden van een natuurlijke biologische bescherming rechtstreeks aan de bloemen af. Dit levert een betere gewasbescherming en opbrengst op dan traditionele chemische pesticiden. Het zorgt bovenal voor een betere gezondheid van de planten, de bodem en het milieu.

Tijdens de opbouwfase van het fonds blijven we ons richten op verdere spreiding van de investeringen over de wereld en over de verschillende impactsectoren. Wij zijn positief over het aantal investeringsmogelijkheden. Nu de urgentie van het biodiversiteitsverlies duidelijker is dan ooit, groeit de vraag naar duurzame alternatieven.

Wij blijven focussen op investeringen die biodiversiteitsherstel combineren met een aantrekkelijk rendement op lange termijn en zien daarin voldoende groeikansen voor het fonds. Het fonds helpt bedrijven op te schalen zodat zij de economie van de toekomst – waarin natuur en mens in evenwicht zijn – sneller dichterbij brengen.

We verwachten dat de projecten zich steeds verder ontwikkelen, zodat wij meer geld naar de projecten kunnen uitboeken en het aandeel liquide middelen in het fonds afneemt. Naarmate het fonds groeit wordt het effect van individuele fondsinvesteringen kleiner. Er ontstaat dan een meer gespreide portefeuille, waarbij een groot deel van de projecten in exploitatie is. Wij verwachten dat het fonds in het komende halfjaar vooral kan beleggen in de sectoren duurzame zeeën en visserij en duurzame (bos)landbouw. Zo vergroten wij de spreiding over de impactsectoren.

meer (half)jaarverslagen